Gouden tijden tijdens de crisis
In deze economisch barre tijden lijkt geen bedrijfstak te worden gespaard. Maar het is niet voor iedereen kommer en kwel.
Koos de Wilt voor MT Sprout
Een serie over ondernemers die profiteren van de crisis, het verhaal van Peter Paul de Vries, ondernemer en ceo van Value8, die een achterdeur heeft naar de beurs
Beleggen is niet vreselijk hot op dit moment. Tóch is het juist dat waar de kersverse ondernemer Peter Paul de Vries zijn bedrijf omheen heeft gebouwd. Beleggen in bedrijven die door crisis in de problemen zijn gekomen, bedrijven die niet op een gebruikelijke manier aan een financiering kunnen komen en beleggen in goud.
Tussen de kraters van Lehman Brothers en de bankencrisis ben ik mijn bedrijf begonnen. Een vrolijk bloemetje tussen de rokende puinhopen. Ik had die timing zelf niet verzonnen en voorspeld, maar van een crisissfeer is geen sprake bij ons kantoor. In tegenstelling tot alle rampverhalen, gaat het feitelijk helemaal niet zo slecht met het Nederlandse bedrijfsleven. De bedrijven met wie het al slechter ging, zoals drukkerijen, die hebben moeite om op te veren, maar bedrijven die in opkomende markten zitten, schieten zo weer omhoog. Zeker als je in de goede bedrijven stapt die in de gezondheidszorg zitten, of in de leisure and luxury of in het Verre Oosten, zijn er goede kansen. Je moet dan wel weten waarin je stapt en wanneer. Ik ben een optimistisch mens en dat is zeker niet veranderd in de crisis. Het plezierige van deze crisis is ook nog eens dat je normalere salarissen aan hele goede mensen betaalt. Niemand verdient hier boven de Balkenende-norm.
Een student die blijft leren
Ik was vijftien toen ik begon met beleggen, vlak na de zware recessie van begin jaren tachtig. Daarna ben ik economie gaan studeren. Beleggen was zeker nog niet zo hot als in de laatste decennia. Informatie was schaars. In mijn studententijd kwam ik als student bij Amro op de Coolsingel vrijwel dagelijks koersen kijken op het telex-apparaat waar de actuele koersen op stonden. Een eigenwijs studentje die het precies wilde weten. Tegenwoordig is financiële informatie real time verkrijgbaar op oneindig veel schermen overal in de wereld. Ik wil nog steeds weten hoe het zit. Hoe meer je weet, des te beter kan je risico’s beperken. Maar het valt me tegen dat ik nog steeds fouten maak die ik als beginnersfouten zou kwalificeren. Maar ik zie het leven ook als leertraject: je doet je best, je maakt fouten en probeert het de volgende keer nog beter te doen. Zo wil ik er ook in blijven staan, als een student die voortdurend leert. Nu ook als ondernemer.
Ik heb eigenlijk nooit een carrière gehad in de hiërarchie en binnen gebaande paden van een groot bedrijf. In zo’n klasje zitten bij een multinational en vervolgens tot je veertigste wachten voor je echt een keer aan de bal komt. Bij de VEB stond ik direct in de spits. In het begin was de VEB nog een kleine club. Mijn voorganger De Haze Winkelman heeft de VEB op de kaart gezet. En daarna hadden we het tij mee: steeds meer mensen gingen beleggen en steeds vaker werden beleggers benadeeld. Op mijn 28e was ik er de baas en stond ik op aandeelhoudersvergaderingen en bij de rechtbank vaak oog in oog met bestuurders van multinationals. Ik heb er ook ongelofelijk veel plezier in gehad om soms een stok in de wielen te steken van hoge heren met duistere plannetjes. Aanvankelijk durfden rechtbanken ons geen gelijk te geven, omdat ze het niet helemaal begrepen of om de kwestie over te laten aan een hogere rechtbank.
Toen we naar de Ondernemingskamer gingen, kregen we eindelijk een faire kans. Ik heb altijd genoten van de underdog positie. Procederen tegen een tegenstander die een budget heeft voor de procedure dat twintig keer zo hoog ligt. Het zit waarschijnlijk in mijn karakter. Ik kies blindelings voor David in zijn strijd tegen Goliath. Het vervelende voor deze bedrijven is dat ik niet te grijpen was. Ik was niet van hen afhankelijk . Het gaat in deze wereld veelal om het geld en ego’s, maar eigenlijk hou ik vooral van het spel, met cijfertjes spelen en de confrontatie aangaan. Ik wilde goed geïnformeerd de strijd aangaan, misstanden achterhalen en aan de kaak stellen. Ik heb me er vol voor ingezet en heb daar veel voor terug gekregen. Geen wonder dat wij met Value8 nu zelf ook kritisch worden gevolgd. Het mooiste voor een financieel journalist zou natuurlijk zijn om mij te betrappen op de onoorbare zakkenvullerij waar ik topbestuurders zo lang op aangesproken heb.
[2012]
Het verhaal van de curator van Lehman Brothers, Frédéric Verhoeven, partner bij Houthoff Buruma.
Niet zo lang geleden was de snelle en competitieve overnamepraktijk sexier dan de afdeling binnen het advocatenkantoor die zich bezig hield met insolventierecht. De meer rustige over de horizon turende advocaat wilde zich wel bezighouden met faillissementen. Inmiddels staan advocaten in de rij om te mogen werken als curator bij de steeds grotere stroom faillissementen.
Omgevallen bibliotheek
Het faillissement van Lehman Brothers heeft een grote rol gespeeld in het ontstaan van de crisis. Samen met Rutger Schimmelpenninck ben ik curator in van de Nederlandse BV van Lehman Brothers. Zestig procent van mijn tijd zit in dat faillissement. Hoewel de zaak goede voortgang maakt, duurt de afwikkeling nog wel een paar jaar. Ik voel me bevoorrecht deze klus te mogen doen, dat ik als het ware geschiedenis leef. Waar een normaal faillissement lijkt op een omgevallen boekenkast, is het bij Lehman Brothers een complete bibliotheek. De Nederlandse BV heeft voor meer dan 30 miljard dollar aan schulden. In de afwikkeling van het faillissement bij de moeder in Amerika is de BV de grootste schuldeiser en spelen we een belangrijke rol.
Wij werken in Nederland nog met een faillissementwet uit 1893 toen het meest ingewikkelde schuldpapier bij wijze van spreken werd uitgegeven door een veehandelaar die betaling op termijn tegen een vaste rente accepteerde. Die wet moeten we nu toepassen op de waardering van de meest ingewikkelde financiële instrumenten die ooit zijn uitgegeven. Alles wordt in een snelkookpan gestopt. Je moet zelf creatief zijn en denken in de geest van de wetgever. Nog niet zo lang geleden werd er nauwelijks gekeken naar de pagina’s in de contracten over de default van een financiële instelling: wat er gebeurt als deze omvalt? Een bank ging nu eenmaal nooit failliet. Deze standaardbepalingen zijn dus vaak niet consistent. Niemand had hier veel aandacht voor. En met die cruciale bepalingen werken we nu. Als ik tien jaar geleden voor Lehman zou hebben gewerkt, had ik misschien ook niet uitgebreid naar deze bepalingen gekeken.
Na Lehman in 2008 en zeker vanaf maart 2009 zijn er hier in Nederland twee keer zoveel faillissementen uitgesproken als het jaar ervoor. De zwarte krantenpagina’s zijn voor mij beroepsmatig vreselijk interessant, maar blij word ik er natuurlijk niet van. Steeds meer juristen die hier komen werken, zijn geïnteresseerd in insolventierecht en ik word steeds vaker gevraagd praatjes te komen houden. Advocatenkantoren richten zich er meer op. Er kan goed verdiend worden in de curatorpraktijk, maar het is geen Bonanza-gevoel. Dat past ook niet. Het staat in geen vergelijking met de omzetten die in de overnamepraktijk gemaakt worden. De rechtbank stelt op basis van landelijke richtlijnen het salaris vast voor curatoren. DSB en Lehman Brothers zijn uitzonderlijk grote faillissementen.
Bancaire stoelendans
Bankiers krijgen vaak de schuld van alle ellende die de bankencrisis heeft aangericht. Voor een deel is dat wel te begrijpen, maar er is geen evil master mind aan te wijzen. Het financiële systeem heeft zich zo ontwikkeld dat niemand zich op individueel niveau moreel verantwoordelijk hoeft te voelen voor een beslissing. Niemand voelde zich ook geroepen om er iets aan te doen. Iedereen deed het en alle banken deden mee. Zij die onbegrijpelijk complexe en soms waardeloze financiële producten verkochten, bleken gewone mensen die gepusht werden door de cultuur binnen banken en bonussen. Er is een zekere demping ontstaan op het ethisch denken, iedereen deed mee in het grote kapitalistische systeem. Het was een soort stoelendans, A verkoopt beleggingen aan B en B aan C enzovoorts, als de muziek stopt hangt degene die geen stoel weet te bemachtigen. Dat is voor een deel wat er bij Lehman is gebeurd. Lehman bezat vlak voor het faillissement een groot pakket moeilijk verkoopbare sub-prime beleggingen. En dan verschijnt de curator op het toneel.
Ik weet nog dat een van mijn eerste faillissementen een keukenhandelaar was die zich vooraf liet betalen. Gewone particulieren hadden vijftien duizend euro vooruitbetaald voor een keuken die er nooit zou komen. Dat was een goede leerschool. Toen Lehman viel, kregen we vanuit de hele wereld brieven en belletjes met hartenkreten. Mensen die de opbrengst van hun huis in een Lehman-product hadden gestopt of hun pensioen daar hadden lopen. Je bent de brenger van slecht nieuws. Leg dat maar eens uit aan mensen die soms emotioneel zijn en je rol niet direct kennen. Mensen reageren zich vaak af op de boodschapper. Bij Lehman is het overigens niet hopeloos. Eind volgend jaar kan hopelijk al het eerste geld worden uitgekeerd.
Curator gericht op consensus
Naarmate je langer werkt, kom je erachter dat je op je plek bent eerder vanwege persoonlijke eigenschappen dan dankzij de opleiding die je hebt genoten. Ik ben iemand met een korte aandachtspanne. Ik hou ervan om orde te scheppen in een juridische puinhoop. Je maakt mij niet blij als je mij wekenlang opsluit voor een prachtig processtuk. Bij een faillissement word je gebeld door de rechtbank en hoor je alleen de naam van het bedrijf dat je vaak in een deplorabele staat aantreft.
En dan ga je aan de slag. Je moet voortdurend – soms verstrekkende – ondernemersbeslissingen nemen en dat vaak al in de eerste dagen na het faillissement. Je wordt tegenwoordig als curator sneller aansprakelijk gesteld. Daar moet je niet bang voor zijn. Ik ben in vergelijking tot een standaard advocaat misschien weinig competitief, maar eerder gericht op consensus. Een advocatenkantoor is een competitieve omgeving, maar bij faillissementen heb je niet genoeg aan die instelling. Sommige curatoren kijken eerst om zich heen wie ze aansprakelijk kunnen stellen, maar de vraag is of je daarmee de boedel dient. Een curator dient een algemeen belang, dat van de schuldeisers. Je kunt een ingewikkeld faillissement vaak juist verder helpen als je vergezichten formuleert en een strategie van afwikkeling bepaalt.
Het verhaal van Michel van Leeuwen, gerechtsdeurwaarder bij Flanderijn, die in deze tijden enorme bedragen te innen krijgt.
Een gewone economie is niks voor gerechtsdeurwaarder Michel van Leeuwen. Niks te beleven. Mensen zijn dan verstandig en als het verkeerd gaat, is er vaak wel geld om het op te lossen. In hoogconjunctuur verliezen mensen de maat en geven veel te makkelijk geld uit. Werk aan de winkel voor de deurwaarder. Maar ook in laagconjunctuur is er flink wat te vorderen. Niet alleen arme drommels, maar ook steeds meer goedverdienende huiseigenaren die te optimistisch zijn geweest, zijn nu vaak het slachtoffer.
"Toen ik hier dertig jaar geleden hier begon, was het niet het meest populaire vak wat mensen zich konden voorstellen. Nog steeds niet eigenlijk. Mijn jeugddroom was bij de politie werken, maar door een slecht oog is dat niet gelukt. Het handhaven van het recht is wel iets dat bij mij past en feitelijk ben je als gerechtsdeurwaarder de politieagent van het civiele recht. Het leuke van dit vak is niet zozeer dat je scheldkanonnades over je heen krijgt, maar dat je het recht moet handhaven, dwang kan toepassen en tussen partijen in kan staan. De bevoegdheden van een gerechtsdeurwaarder gaan heel ver. Ik heb de wet en het justitiële apparaat achter mij staan. Je kunt inbreuk maken op grondrechten van mensen door tegen hun wil de woning in te gaan.
Twee kanten: schuldenaar en schuldeiser
In de loop van de jaren ben ik steeds meer naar twee kanten gaan kijken, zoeken naar een oplossing die voor de schuldenaar en de schuldeiser het meest aanvaardbaar is. Vroeger zag ik die nuance niet zo. Ik heb inmiddels honderden woningontruimingen gedaan waar je soms gevallen tegenkomt zoals verwaarloosde eenzame mannen die je in vervuilde woningen aantreft. De gerechtsdeurwaarder is er dan, heel formeel, om het recht te handhaven, een vonnis van de rechter ten uitvoer te brengen. En laten we eerlijk zijn: veel opdrachtgevers kijken naar het inningpercentage. En terecht, zij hebben recht op hun geld. Maar er zijn ook klanten die verantwoord ondernemen hoog op hun agenda hebben staan. Die willen niet met schrijnende gevallen in het nieuws komen.
Als het slecht gaat in Nederland, hebben we veel werk, maar ook als het goed gaat, is er veel te doen. In een hoogconjunctuur geven mensen veel makkelijker uit en kopen ze veel op krediet. Als wij dan ingeschakeld worden, wordt er vaak sneller betaald. In een laagconjunctuur heb je het probleem dat de vorderingen er wel zijn, maar dat het moeilijker is ook daadwerkelijk te innen. De ingevoerde marktwerking bij de gerechtsdeurwaarders heeft geleid tot schaalvergroting en meer concurrentie. De druk van opdrachtgevers is groter geworden. Er wordt veel met prestatieafspraken gewerkt. Ik heb wel opdrachten gekregen dat ik een woning moest ontruimen waar een ernstig zieke man woonde die alleen was en voor wie er ook geen opvang was. Dan moet je uitleggen aan je klant dat de ontruiming niet door kan gaan.
Het blijft mijn eigen verantwoordelijkheid. Er zijn ook andere, meer vrolijke situaties. Ik kwam een keer bij een Turks gezin waarvan de vrouw geen idee had van de schulden van haar man. Ik vertelde die vrouw dat ik binnen een uur zou beginnen met spullen inpakken, tenzij ze het geld boven tafel zou krijgen. Vervolgens zag ik dat er van alle kanten familieleden en vrienden binnenkwamen met geld in de binnenzak. Dan ben je helemaal geslaagd. Je hebt dan het geld geïnd en door begrip te tonen ervoor gezorgd dat het huis niet wordt ontruimd.
Elke deur openmaken
Minder meewerkend kom je ook tegen. Dat je bijvoorbeeld met de politie een in beslag genomen auto moet achtervolgen en klemrijden. Dat geeft wel genoegdoening! Soms kom je met mooi verhaal op kantoor. Zo kwam ik een keer een woningontruiming doen waarbij de bewoners niet aanwezig waren. Nadat de verhuizers al bezig waren de inboedel in de verhuiswagen in te laden, deed ik op zolder een kast open. En wat bleek: daarin stond een man in basketbalkleding angstig te wachten totdat iedereen weer uit de woning zou gaan. Waarschijnlijk was hij illegaal in Nederland. Hier kwam dus letterlijk een basketbalspeler uit de kast. Sinds die tijd maak ik wel iedere deur en kast open voordat we daadwerkelijk met een ontruiming beginnen. Een belangrijk deel van onze debiteuren bestaat uit buitenlanders. Dat is voor een deel betalingsmoraal, maar het zijn vaak ook gewoon mensen met lagere inkomens. Je ziet nu ook meer schuldenaren uit hogere inkomensgroepen die hun hypotheek niet meer kunnen betalen. Een zorgelijke ontwikkeling.
Soms moet je in een split second beslissingen nemen die belangrijke consequenties hebben. Juridische kennis is dan handig, maar ook hoe je met mensen omgaat. Gelukkig is dat tegenwoordig een belangrijk deel van de opleiding. En dat is ook nodig, want soms is niet betalen geen onwil, maar eerder onvermogen. Mensen uiten dat onvermogen dan vaak met agressie. Vroeger was het vooral verbaal, tegenwoordig heb je vaker te maken met fysieke agressie. Dat blijkt ook uit onderzoek.
Ik moest een keer op een woonwagenkamp een gerechtelijk stuk afgeven aan iemand die ook als slecht bekend stond bij de politie. Twee agenten kenden hem goed en gingen mee. Zij wilden het niet laten escaleren en we spraken af dat ze op afstand bleven. Ik klopte aan en toen ik de man vertelde wat ik kwam doen, begon hij gelijk te slaan met een stok en doodsbedreigingen te schreeuwen. Die politieagenten zagen dat helemaal niet, die stonden ergens anders met andere woonwagenbewoners te kletsen. Als gerechtsdeurwaarder moet je op alles voorbereid zijn. Tot aan mensen die hun huis willen opblazen en jou als brenger van het slechte nieuws willen meenemen. Als ik thuiskom, laat ik alles makkelijk van mij afglijden. Ik heb ook nog nooit wakker gelegen van mijn werk."