top of page
bag.jpg

HENDRIK KERSTENS OVER BAG EN ZIJN DOCHTER PAULA

 

VLAKBIJ

TEKST VAN KOOS DE WILT

 

In het normale leven moet je voortdurend plooien en schikken. In de kunst kun je schijnbaar negatieve dingen en vervelende emoties ombuigen tot iets positiefs. Door het fotograferen breng ik mijn leven op orde. Drukte en warrigheid verdwijnen. Ik voel me helder en sereen. Bij mij liggen het dagelijkse leven en de kunst vlak naast elkaar. Ik zoek het mysterie niet in het isolement of in de wazige verte, maar vlakbij. Voor mij is de serie foto’s die ik door de jaren heen van mijn dochter Paula heb gemaakt een soort familiealbum. Wat veel mensen opvalt is Paula’s bijzondere onbevangenheid. Dat ligt vooral aan haar karakter, maar heeft ook te maken met het vertrouwen dat er is tussen ons. Toen ik begon was er de verbazing over het kind dat je vanuit de wieg aankijkt. Al snel ervoer ik haar kwetsbaarheid en mijn angst voor de dingen die haar zouden kunnen overkomen. Elk detail leg ik met grote ernst vast. Maar ik weet: elke poging in fotografie om iets vast te houden toont alleen maar des te scherper aan dat er niets vast te houden valt. Het leven gaat gewoon verder. 

Je ziet dat Paula zich op deze foto bevindt op een scharnierpunt van het introverte en het extraverte, waar plus en min samenkomen.

Je ziet dat Paula zich op deze foto bevindt op een scharnierpunt van het introverte en het extraverte, waar plus en min samenkomen. Daar waar de geheime uitgangen zich bevinden en waar je het niet meer kan bevatten. Ik hoor vaak dat mensen het zien als een symbool van het bestaan zelf. Een verstilling en intensiteit die uitstijgen boven de vluchtigheid van het moment. We zijn op zoek naar iets dat vroeger door religie werd ingevuld, het verlangen naar een andere dimensie. Idee voor de foto is in New York ontstaan met de verbazing dat je óveral waar je komt van die plastic wegwerptasjes krijgt. Die idiotie zette me aan om daar iets mee te doen. Plotseling zag ik zo’n plastic tasje op Paula’s hoofd. Het is feitelijk wegwerpmateriaal, maar doet ook denken aan een zeventiende-eeuws kapje. Dat werkt vervreemdend, maar wordt toch niet potsierlijk. Paula’s bleke, ernstige gezicht steekt af tegen de donkere tinten van kleding en achtergrond. Wat ik maak is tijdloos, het had ook honderden jaren geleden zijn gemaakt. Alsof ze opwelt uit de duisternis van een ver verleden, als van een schilderij van Vlaamse primitieven of Vermeer. De lichtvoering, de verstilling, de intensiteit, de aardsheid en onbevangenheid. 

Je kunt er heel veel over kunt zeggen en tóch kom je er niet achter wat het is.  

Ik heb het zelf nooit zo bedacht. Het is uit intuïtie ontstaan. Het beeld is krachtig door mijn eigen emotie, door wie ik ben. Het is een soort centrifuge. Ik draai heel hard rond en dat raak elk besef van tijd en ruimte kwijt. Ik ben dan alleen maar aan het doen. Ik kom dan in een roes en maak iets dat boven mezelf uitstijgt. Tot mijn verbazing en genoegen is het beeld uitgegroeid tot een soort icoon. Niet alleen is het overal ter wereld tentoongesteld, er gaat ook geen week voorbij of ik krijg mailtjes van tijdschriften of kranten die het willen gebruiken. De kracht van het beeld is dat je als beschouwer het beeld niet kan stelen. Je kunt er heel veel over kunt zeggen en tóch kom je er niet achter wat het is.  

[2010]

bottom of page