Wandelen met ondernemer Willem Sijthoff
'In dit gebouw wil ik alle vormen van creativiteit met elkaar verbinden'
De Diamantbeurs / Capital C
Het interieur van Capital Kitchen van de stylist Maarten Spruyt
Joep van Lieshout heeft boven de centrale bar ‘het Wezen’ gemaakt
De hal met de enorme lichtsculptuur van Rick Tegelaar
Een monument voor de schoonmakende mens van Folkert de Jong
De roze vergaderruimte waar Ineke Hans zich voor liet inspireren door de stoel waarin Roald Dahl zijn boeken schreef
2800 oude klokken aan de muur van Erik Kessels
Een ruimte waarbij de meubels zijn gemaakt van kartonnen kokers door Remy & Veenhuizen
In het trappenhuis naar beneden druppelende verf van Rutger de Vries
Lichtkunstwerken van het kunstenaarsduo Christopher Gabriel en Arnout Hulskamp van Children of the Light
The High Light, een ontwerp van Studio Linse, een ruimte van 1200 vierkante meter
Wandelen met Willem Sijthoff, mediaondernemer, tech-investeerder en initiatiefnemer van Capital C
Hij is telg uit een beroemde Haagse courantiersfamilie die al vroeg zijn eigen weg heeft gevonden in een wereld van de media, internet en de kunsten. In zijn Capital C wil Willem Sijthoff (1965) alles met elkaar verbinden. Een wandeling door 8.500 vierkante meter creativiteit.
Tekst & beeld van Koos de Wilt voor COLLECT
De ondernemer komt gehaast en iets te laat binnenlopen bij Capital Kitchen, het hippe restaurant op de begane grond van Capital C, een centrum voor de creatieve industrie aan de Amsterdamse Wibautstraat. De ondernemer komt gelijk ter zake en vertelt dat hier in het interieur van de stylist Maarten Spruyt kunst en eten samen komen zoals alles wat met creativiteit te maken heeft in dit enorme gebouw met elkaar verbonden wordt. Kunstenaar Joep van Lieshout heeft, zo wijst Sijthoff boven de centrale bar ‘het Wezen’ gemaakt, een uit elkaar getrokken menselijk skelet dat symbool staat voor het blootleggen van de innerlijke mens. De tafelbladen van het restaurant bestaan uit extreem uitvergrote beelden van cellen van menselijke organen zoals slokdarmen, de alvleesklier, de lever, scrotum en de vagina. In de hoek een monument voor de schoonmakende mens van Folkert de Jong. ‘De bedoeling in alles is om plek te geven aan de creatieve industrie in de breedste zin van het woord’, zo vertelt de ondernemer en investeerder. ‘Bijzonder is dat er in Amsterdam zo’n honderdduizend mensen werken in de creatieve industrie, allemaal mensen die creativiteit aan te bieden hebben, maar elkaar te weinig tegenkomen, ze werken allemaal binnen hun eigen silo’s. Daar wilde ik met dit gebouw verandering in aanbrengen. Voor de kunstwereld, de wereld van design, kunst, architectuur, reclame, media, film en muziek.’
‘Bijzonder is dat er in Amsterdam zo’n honderdduizend mensen werken in de creatieve industrie, allemaal mensen die creativiteit aan te bieden hebben, maar elkaar nauwelijks tegenkomen, ze werken allemaal vooral binnen hun eigen silo’s.’
Sculptuur van gestolde golven
Capital C is een enorm gebouw van 8500 m2 ontworpen door Rein Jansma van ZJA Architecten dat na een meer dan ingrijpende renovatie van het oorspronkelijke ontwerp van Gerrit van Arkel nu de creatieve industrie moet samenbrengen. Voor het pand op het Weesperplein verschijnt binnenkort een enorm sculptuur van Gabriel Lester van schillen die als gestolde golven een moment vasthouden dat gewoonlijk maar even duurt. De mediaondernemer neemt zijn gast mee en wandelt door de ruime binnenhal met de enorme lichtsculptuur van Rick Tegelaar en langs een kleurige tentoonstelling van de kunstenaar Kendell Geers uit de stal van de galerie van Ron Mandos. In het trappenhuis naar beneden druppelende verf van Rutger de Vries en in de kantoortuinen van de uitgeverijen boven meubels van designers als Maarten Baas, Richard Hutten en Studio Job, gerecyclede meubels van Dirk van der Kooij en sculpturen van Sander Breure & Witte van Hulzen, beelden die de kantoormensen op speelse manier confronteren met de menselijke conditi
‘Het is toch wonderlijk dat mensen die werken in de reclame nog nooit hebben gehoord van de Rijksakademie.’
Samen met curator Anne van der Zwaag vond Sijthoff meer dan twintig kunstenaars en designers die inmiddels hebben meegewerkt aan wat er binnen allemaal te beleven is. De mediaondernemer wandelt langs de redacties van zijn eigen media als Binnenlands Bestuur, Adformatie en Kidsweek, langs een ruimte van de BBC en langs verschillende signature rooms, zaaltjes waarbinnen kunstenaars de vrije hand kregen ze in te richten. Eentje met bijvoorbeeld een muurschildering van street art kunstenaar Mr. June, een andere roze vergaderruimte waar Ineke Hans zich voor liet inspireren door de stoel waarin Roald Dahl zijn boeken schreef. En dan nog een ruimte waarbij de meubels zijn gemaakt van kartonnen kokers door Tejo Remy & René Veenhuizen.
Silo’s
‘Ik heb elf jaar lang in de raad van toezicht gezeten van de Rijksakademie en daar merkte ik steeds weer hoe verkokerd de creatieve industrie is’, zo legt Sijthoff wandelend uit. ‘Ik vind het wonderlijk dat mensen die werken in de reclame nog zelden hebben gehoord van de Rijksakademie, het kunstenaarsinstituut dat beroemd is in de hele wereld. Omgedraaid komen curatoren, kunstverzamelaars, museummensen en galeristen elkaar tegen bij hun eigen dinertjes, maar hebben nauwelijks een idee wat er op andere plekken in de creatieve industrie gebeurt. Daarom heb ik Erik Kessels, iemand die reclamemensen kennen als reclameprofessional en kunstmensen als kunstenaar, gevraagd te helpen om het gebouw van binnen vorm te geven.’ In de oude klokkentoren, boven in het gebouw, wandelt Sijthoff een ruimte binnen waar 2800 oude klokken aan de muur hangen, oude klokken die bij elkaar lijken te zijn gesprokkeld op rommelmarkten. Sijthoff drukt op een knop en alle klokken beginnen tegelijktijdig een hels kabaal te maken. ‘Dit is een mooi voorbeeld van wat Erik Kessels gemaakt heeft, de klokken gaan allemaal tegelijk af als de meeting is afgelopen. Kunst ontmoet de vergaderende mens. Gelukkig is er dan een rode emergency knop om het uit te doen’, lacht Sijthoff.
Rijkskademie
De mediaondernemer en investeerder is telg uit de oude Haagse uitgeversfamilie en was het die met Hal Investments in het begin van deze eeuw Het Financieele Dagblad samen met BNR Nieuwsradio in een gebouw samenbracht. De voormalige Renault garage was in eigendom van Zadelhoff en gezamenlijk hebben we toen besloten een restaurant in het pand te vestigen. Niet alleen heeft hij ervaring in de wereld van uitgeverijen, hij is ook zeer actief in de wereld van de kunsten. Hij verzamelt en bemoeit zich met de hedendaagse kunstwereld en vanuit zijn bemoeienis bij de Rijksakademie startte Sijthoff tien jaar geleden met een aantal andere professionals en liefhebbers uit de wereld van de kunsten Amsterdam Art, een andere manier om de mensen van musea, galeries, verzamelaars en curatoren bij elkaar te brengen. En van het ene kwam het andere. Sijthoff was helemaal niet van plan om een centrum voor de creatieve industrie te maken in de stad. ‘Het begon ermee dat ik jaren geleden met de uitgeverij drie kantoren in de stad had en het uitgeefbedrijf naar één locatie wilde brengen. Met de ervaringen van de combinatie media, dat wil zeggen FD & BNR, en een publiek toegankelijk restaurant, Dauphine, onstond het idee om een plek te creëren waar gewerkt kon worden, waar events georganiseerd kon worden, waar mensen elkaar konden ontmoeten in een restaurant. En dat alles met de verbindende factor van was hier creativiteit.’ Zo werd Sijthoff uiteindelijk de initiatiefnemer van Capital C, hier in het voormalige clubhuis voor de diamantindustrie aan de Wibautstraat in Amsterdam. ‘We begonnen met het idee om het pand slechts intern op te knappen, later kwam het idee erbij van de glazen dome op het dak en van de parkeergarage – daardoor werd het flink duurder. Maar we zijn op een goed moment ingestapt in de markt van kantoren.’
The High Light
Sijthoff ziet wel overeenkomsten tussen wat het nu is en waar het gebouw ooit voor bedoeld was. ‘In 1911 werd hier de Diamantbeurs gevestigd, het eerste bedrijfsverzamelgebouw van Amsterdam en een van de laatste herinneringen aan de bloeiende diamantindustrie die de stad rijk was. Deze creatieve industrie bestond vooral uit Joodse mensen die, omdat ze nooit lid mochten zijn van gildes, hun eigen clubhuis creëerden van allemaal kleine creatieve ondernemingtjes. Eigenlijk precies zoals de creatieve industrie op dit moment ook werkt, die bestaat voornamelijk uit kleine bedrijven.’
Op de bovenste verdieping belandt Sijthoff in een donkere ruimte met lichtkunstwerken van het kunstenaarsduo Christopher Gabriel en Arnout Hulskamp van Children of the Light. ‘De bedoeling is dat je na al de andere indrukken die je hebt gehad in het gebouw in deze donkere ruimte komt en dan naar het licht loopt. Daarachter is een deur die naar boven leidt, naar de glazen dome.’ En inderdaad is de overgang van het donkere naar de lichtexplosie enorm. Vanuit The High Light, een ruimte van 1200 vierkante meter, hebben de gasten een wijds uitzicht over de stad. ‘De lichtkoepel doet denken aan een diamant’, zegt Sijthoff. ‘De gemeente was er in eerste instantie helemaal niet voor te porren om ons die koepel erop te laten zetten, het paste niet bij het bestemmingsplan. Uiteindelijk hebben we met wat duwen en trekken toestemming gekregen. Ook hier komt alles samen. We hebben diners, congressen, modeshows, online talkshows en we hebben de Franse DJ David Guetta op het terras gehad.’ Op een verhoging in de ruimte staan twee beelden tegenover elkaar. Een sculptuur van de kunstenaar Bart Pols die twee mensen symboliseert die met elkaar aan het praten zijn, maar elkaar niet verstaan. ‘Dat past wel hier op een plek waar er juist wordt gecommuniceerd haha.’ Dan is het tijd voor een volgende afspraak, iets te laat.
[maart, 2022]